donderdag 26 april 2012

Ideaal

Politiek gezien bevinden we ons momenteel, naar mijn oordeel, in een ideale situatie: er is geen coalitie die allerlei besluiten kan doordrukken; we staan voor ingrijpende beslissingen en alle partijen kunnen en moeten nu meepraten over de inhoud van die beslissingen, want er moet hoe dan ook een parlementaire meerderheid gevonden worden. Zo hoort het ook in een democratie. Als het aan mij ligt, komt er na de verkiezingen van 12 september een zogenaamd extra-parlementair kabinet: een kabinet dat niet bij voorbaat kan rekenen op steun van een meerderheid in de Tweede Kamer voor welk besluit dan ook. Voor elk besluit, elke beleidswijziging, zal het naar een (nieuwe) meerderheid moeten zoeken. Het kan dan ook makkelijker reageren op externe invloeden, zoals de bankencrisis. In de afgelopen periode heeft het kabinet-Rutte ook diverse malen besluiten kunnen nemen met behulp van partijen die zich tot de oppositie rekenden.

We moeten niet meer denken in termen van coalitie versus oppositie, maar van regering versus parlement. We moeten af van 'vertrouwenskwesties': waarom zou je een kabinet laten aftreden vanwege, bijvoorbeeld, het kunstbeleid, als het op andere terreinen (zorg, infrastructuur) beleid voert, waarvoor wel meerderheden te vinden zijn? We moeten ook af van 'fractiediscipline': een individueel Kamerlid moet het oneens kunnen zijn met zijn partijgenoten en daaraan in zijn/haar stemgedrag uiting kunnen geven. Het kan allemaal zonder dat er een wet gewijzigd hoeft te worden, want het gaat hier alleen maar om 'gewoonterecht', dat in de loop van onze parlementaire geschiedenis als vanzelf is ontstaan. Gewoontes kun je veranderen. We moeten geen regering hebben die zich laat controleren door enkele coalitiepartijen en aan de rest geen boodschap heeft. Laat de gekozen volksvertegenwoordigers onderling maar uitmaken welke kant ze op willen. Na vier jaar kunnen we ons allen beslissen wie dat het beste hebben gedaan en of ze het nog een paar jaar mogen proberen.
x